Voortijdig proeftijdontslag

Een fictief verhaal

Stel, het is maandag, u schreeuwt het van de daken, u bent aangenomen. Op woensdag mag u al de nieuwe arbeidsovereenkomst, met proeftijd, bij uw nieuwe werkgever ondertekenen. Nu u toch daar bent om het contract te ondertekenen, bespreekt u ook meteen uw startdatum af, de datum waarop u aan de slag mag bij uw nieuwe werkgever. U spreekt af dat u de week daarop, op vrijdag, mag beginnen met werken. U heeft er ontzettend veel zin in. Kort voor uw startdatum van vrijdag wordt u op dinsdagmiddag gebeld, uw nieuwe werkgever aan de telefoon. De werkgever deelt u mede dat u op vrijdag niet meer welkom bent, vanwege de corona-crisis gaat het financieel gezien snel bergafwaarts met het bedrijf, zo wordt aan u verteld. Het bedrijf blijkt geen geld te hebben om u als nieuwe medewerker aan te houden. De moed zakt u in de schoenen, van complete hysterie op maandag de week daarvoor omdat u was aangenomen naar, nu, op dinsdag, totale chaos. Want hoe kan dat nou vraagt u zich misschien af, u bent nog niets eens goed en wel begonnen met werken. U heeft nog niet eens kunnen laten zien hoe u functioneert en nu al ontslagen. Misschien zou u wel een aanwinst voor het bedrijf zijn geweest, u bent immers aangenomen om grote projecten voor het bedrijf binnen te slepen. Het mocht allemaal niet meer zo zijn. Uw boosheid overheerst, het moet niet gekker worden, het zou volgens u niet op deze manier mogen. U besluit op zoek te gaan naar een advocaat. Aangekomen bij de advocaat krijgt u te horen dat de werkgever, helaas voor u, dan toch op rechtsgeldige wijze heeft gehandeld. Deze gang van zaken is met andere woorden juridisch toegestaan. De werkgever heeft u voortijdig proefontslag gegeven, zo legt de advocaat aan u uit. Voortijdig proefontslag, vraagt u zich af, u snapt hier niets van. Die advocaat ziet ze vliegen, denkt u. Nadat u het kantoor van de advocaat heeft verlaten, gaat u naar huis en leest u alles na, op internet, wat aan u is uitgelegd. En ja hoor, die advocaat heeft nog gelijk ook, zo constateert u.

Voortijdig proefontslag, het bestaat en dit houdt dat ontslag in.

In de arbeidsovereenkomst is vaak een proeftijdbeding opgenomen. Dat proeftijdbeding moet vanzelfsprekend rechtsgeldig zijn en ook goed zijn geformuleerd. In de proeftijd kunnen werkgever en werknemer het dienstverband uitproberen. Als één van beide partijen zich in deze periode bedenkt, kan de arbeidsovereenkomst ogenblikkelijk worden opgezegd. Minder bekend is de mogelijkheid om nog vóór de aanvang van de werkzaamheden een proeftijdontslag te geven. Een werkgever moet zich, op straffe van slecht werkgeverschap, wel kunnen verantwoorden omtrent een voortijdig proefontslag. Zo niet, is de werkgever in beginsel schadeplichtig, maar eerst het volgende.

Artikel 7:676, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek is de wettelijke basis voor het voortijdig proeftijdontslag. Uit artikel 7:676, eerste lid van het burgerlijk wetboek volgt dat indien een proeftijd is bedongen, ieder der partijen, zolang die tijd niet is verstreken, is bevoegd de arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang op te zeggen. En nu komt het, volgens onder meer rechtspraak, door de woorden “zolang die tijd niet is verstreken” geldt de opzeggingsbevoegdheid óók voor de werknemer die nog geen dag bij de nieuwe werkgever heeft gewerkt.

Bij een dergelijk ontslag hoeft de werkgever in beginsel geen opzegginsgrond te noemen. Let wel: wanneer de werknemer echter vraagt om de reden voor het voortijdig proeftijdontslag, moet de werkgever die wel schriftelijk opgeven, maar enfin.

Een voortijdig ontslag kan voor een werknemer verregaande gevolgen hebben, zoals u zich kunt voorstellen. De oude vertrouwde baan is opgezegd, de medewerker heeft misschien pas een nieuw huis gekocht, huis en haard moeten worden betaald, noem maar op. In dat soort gevallen kan de rechter, wanneer het ontslag wordt aangevochten, die het ontslag op zichzelf wel redelijk acht, maar de gevolgen voor de werknemer onevenredig zwaar, mogelijk, wanneer de reden voor het ontslag geheel is gelegen in de sfeer van de werkgever, een schadevergoeding toekennen. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn indien sprake is van een opzegging op grond van bedrijfseconomische redenen, zoals in het verzonnen verhaal hierboven.

Het voortijdig proeftijdontslag mag echter geen onrechtmatige daad opleveren, de opzegging mag niet in strijd zijn met de eisen van goed werkgeverschap. Van misbruik van bevoegdheid mag ook geen sprake zijn. Het is daarom goed een dergelijke opzegging altijd te laten toetsen door iemand die verstand heeft van ontslagzaken, zoals een advocaat die is gespecialiseerd in het arbeidsrecht.

Indien geen proeftijd in de arbeidsovereenkomst is bedongen, geldt al het bovenstaande overigens niet. De overeenkomst kan dan niet zonder toestemming van, bijvoorbeeld, het UWV, worden opgezegd en dat betekent dat ook een opzegging vóór aanvang van de werkzaamheden niet mogelijk is.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.